Nessa

11 0 0
                                    

Zuchtend kijk ik op als ik de grote staldeuren hoor opengaan, vijf jaar geleden was ik zo trots dat ik eindelijk in de stallen mocht gaan werken, maar nu begint het werk langzaam te vervelen. Het grootste gedeelte van de dag besteed ik aan het uitmesten van de stallen of het schoonmaken en invetten van zadels en hoofdstellen.
De geluiden zijn inmiddels zo vertrouwd dat ik er nauwelijks nog op let, en pas als ik voetstappen hoor naderen, neem ik de moeite op te staan, om te kijken wie me nodig heeft.
Als ik zie dat het Aaron is, de kroonprins, en tevens mijn beste vriend, verschijnt er als vanzelf een brede glimlach op mijn gezicht.
"Ik heb goed nieuws..." Hij grijnst even, en lijkt met opzet te wachten tot mijn geduld begint op te raken voor hij verdergaat. "Volgende week is er een gemaskerd bal, en mijn vader heeft in een opwelling gezegd dat iedereen mag komen, dus wil ik je graag meenemen naar het feest. Vanavond zullen we weer gaan rijden, zoals ik had beloofd. Mijn vader moet zich maar eens een paar uur gaan uitkuren op iemand anders." In zijn ogen zie ik dezelfde uitdagende blik als altijd, maar zijn ogen lijken heviger te stralen dan ooit tevoren, maar al snel verdwijnt de twinkeling weer, en kijkt hij me ernstig aan.
"Hoefde ik maar niet zo stiekem met je om te gaan... Ik vind het verschrikkelijk dat hij me heeft verboden je te zien, hij wil dat ik je zal gaan zien als een gewoon stalmeisje, maar zo zal ik je nooit kunnen zien. Je blijft altijd mijn beste vriendin," zucht hij, terwijl hij me droevig aankijkt.
"Je weet waarom hij het doet... Hij heeft altijd een hekel aan me gehad omdat je moeder van me hield als haar eigen dochter, de dochter die hij haar nooit heeft kunnen geven." Mijn stem trilt, omdat ik weet dat Aaron het moeilijk vindt om over zijn moeder te praten, en ook ik heb maandenlang in mijn bed liggen huilen toen ze overleed. In het diepste geheim heeft ze zich met mijn opvoeding beziggehouden, ze leerde me te lezen en schrijven, maar betrok me ook bij de lessen die Aaron kreeg als opvolger van de troon.
De koning zou me echter nauwelijks herkennen als hij me in het dorp zou tegenkomen, in het paleis keurt hij me geen blik waardig.
"Ik moet gaan, voordat mijn vader me komt zoeken. Een uur na het diner kom ik naar de stal, ik zie je hier," glimlacht Aaron, voordat hij me even dicht tegen zich aantrekt en zijn armen om me heen slaat.
"Tot snel, Nes," glimlacht hij, voordat hij me weer loslaat, om na een snelle knipoog zo snel mogelijk de stallen te verlaten.
Diep vanbinnen weet ik wat de echte reden is dat de koning Aaron bij me weghoudt, hij wil dat zijn zoon een waardig meisje zal trouwen. Aaron zal moeten trouwen met een prinses uit een ver land, of met een dochter van belangrijke functionarissen in het land. De koning zou nooit toestaan dat hij met een normaal meisje als ik zou trouwen.
Elke dag verheug ik me erop Aaron te kunnen zien, maar de laatste tijd lijk ik steeds nerveus te worden als hij in mijn buurt is. Zou het komen omdat we altijd stiekem moeten doen en de kans groot is dat we betrapt worden? We nemen een groot risico door stiekem samen tijd door te brengen, maar nog nooit heb ik me er druk over gemaakt of we betrapt zouden worden, dus dat kan het niet zijn.
Zou ik dan...? Nee, dat zou belachelijk zijn! Ik kan niet verliefd zijn geworden op Aaron, hij is mijn beste vriend!
Zuchtend ga ik weer aan het werk, maar ik kan de gedachte dat ik verliefd zou zijn op Aaron niet uit mijn gedachten zetten. Het is een bizar idee, maar ondanks dat kan ik me niet voorstellen dat hij ooit met een ander zal trouwen.
Misschien moet ik me gaan afzonderen zodra hij me vertelt dat hij moet trouwen, misschien moet ik het paleis verlaten om op zoek te gaan naar mijn echte ouders.
De gedachten blijven door mijn hoofd malen terwijl ik het leer van de zadels invet, en ik ben zo in gedachten verzonken dat ik schrik als Anne me komt halen voor het diner.
"De koning is verrassend stil vandaag, hij heeft nog niet één keer geschreeuwd. Zelfs Aaron heeft nog geen uitbrander gehad," vertelt Anne, terwijl we samen naar het kasteel lopen.
In de eetzaal voor de koninklijke hofhouding worden we vrolijk begroet door Emma en Sam, die twee plekken voor ons hebben vrijgehouden.
"Gaan jullie vanavond mee om te kijken naar de danslessen van de hofnarren?" Emma kijkt ons vragend aan, maar we weten alle drie dat ze enkel naar de danslessen gaat kijken om de jongen die haar hart heeft gestolen te kunnen zien.
"Sorry, ik heb al een afspraak," fluister ik, omdat ik niet wil dat iemand anders van onze afspraak weet.
"Vertel ons alles als je terug bent," glimlacht Anne, terwijl ze me een knipoog geeft. De meiden hebben nooit begrepen hoe de kroonprins en ik bevriend konden raken, en ik ben ook niet van plan het hen te vertellen. Sommige dingen kunnen beter een geheim blijven.
Na het diner haast ik me terug naar de stallen om de spullen op te ruimen die ik had laten liggen toen Anne me kwam ophalen, en besef me dan dat ik geen tijd meer heb om me om te kleden voordat Aaron komt.
"Oh Rocco, wat heb ik me nu weer op de hals gehaald?" zucht ik, als ik bij mijn paard in de stal ga staan.
Het paard was een geschenk van Aaron toen ik in de stallen mocht gaan werken, de prachtige hengst had problemen met elk klein geluid toen ik hem kreeg, maar Aaron was ervan overtuigd dat ik het vertrouwen van de hengst zou winnen. Een jaar later maakte ik mijn eerste ritje op de hengst, nog nooit had ik Aaron zo trots gezien.
Een traan rolt over mijn wang als ik me bedenk dat ik binnenkort weg zal moeten uit het kasteel, om mezelf te beschermen tegen eeuwig verdriet. Rocco zal mijn enige troost zijn, maar hij zal me ook altijd aan Aaron herinneren.
Snel veeg ik de tranen van mijn gezicht, Aaron hoeft niet te weten dat ik gehuild heb, hij mag niet te weten komen dat ik wegga voordat ik echt weg ben.
Snel zadel ik Rocco en Amor op, ze weten inmiddels precies wat er gaat gebeuren en briesen zacht. Ze merken dat ik gespannen ben, en lijken zich extra netjes te gedragen.
Het duurt niet lang voordat ik de voetstappen van Aaron dichterbij hoor komen, en ik dwing mezelf te glimlachen.
"Nes?" Zijn stem klinkt zacht, bezorgd zelfs. Voorzichtig verlaat ik de stal van Rocco, en kijk Aaron even aan, zijn ogen staan bedroefd.
"De paarden zijn klaar," zeg ik, alsof ik niets doorheb. Hij doet een stap naar voren, hij lijkt bijna wanhopig.
"We gaan niet rijden," zucht hij, terwijl hij me verontschuldigend aankijkt. "Mijn vader geeft me twee maanden om een vrouw te vinden om mee te trouwen..." Zijn woorden zijn vlijmscherp als messen, en het voelt alsof ik keer op keer in mijn hart gestoken word, tot er niets meer van over is.
Ik slik even voordat ik hem aankijk, en knik.
"Ik zal Amor weer afzadelen," zucht ik, terwijl in mijn hoofd een storm begint te razen. Ik ben kwaad omdat hij zijn belofte heeft verbroken, maar het verstikkende verdriet dat zich op de plaats van mijn hart heeft genesteld voert de boventoon.
"Het spijt me, Nes," zucht Aaron, terwijl hij zijn hoofd buigt.
Morgen vertrek ik, dan hoeft hij zich geen zorgen meer te maken over stiekeme ritjes.
"Het spijt me, Amor, maar we gaan vandaag niet rijden. Morgen zal ik je longeren," fluister ik tegen het paard, dat zijn zachte neus tegen mijn schouder duwt.
Langzaam zadel ik het paard af, en als ik de spullen naar de zadelkamer breng, gooi ik ze kwaad terug op de haken.
"Wat ga je doen?" Aaron kijkt me verbaasd aan als ik Rocco uit zijn stal haal, en ik werp een kwade blik op hem.
"Ik doe wat ik Rocco beloofd heb, een ritje maken," snauw ik, terwijl ik mijn voet in één van de beugels zet, en mijn andere been over de rug van het paard zwaai.
"Nes!" Aaron kijkt me verontwaardigd aan, maar ik negeer hem, en spoor Rocco aan, die gehoorzaam begint te lopen.
"Dag, Aaron," zucht ik, voordat ik de stal uitrijd, en samen met Rocco de bossen instuif.
"Morgen vertrekken we uit het paleis, Rocco," fluister ik, de tranen stromen inmiddels over mijn wangen, maar ik let goed op de smalle bosweg die voor ons ligt.

Twee uur later begeef ik me naar mijn slaapkamer, maar word onderweg aangeklampt door Anne, die heeft gemerkt dat Aaron nauwelijks tien minuten buiten het paleis is geweest.
"Wat is er gebeurd?" Bezorgd kijkt ze me aan, en ik gebaar haar mee te komen naar mijn kamer, daar leg ik haar alles uit, en vertel haar over mijn plan.
"Ik kan hier niet blijven en zien hoe hij met een ander trouwt, Anne," snik ik, en kijk haar voorzichtig aan.
"Ik begrijp je, en ik weet zeker dat Emma en Sam dat ook zullen doen," fluistert ze.
"Beloof je me dat je de brief aan Aaron geeft?" Vragend kijk ik haar aan, en Anne knikt.
"Je moet het Emma en Sam wel vertellen, anders zullen ze altijd kwaad op je blijven," zucht Anne, en ik weet dat ze gelijk heeft. Emma en Sam zijn bijna net zo koppig als ik, ze vergeven het je niet snel als je hen pijn doet.
"Wil jij ze halen? Dan begin ik met het schrijven van de brief..."

De liefde van de prinsWhere stories live. Discover now