als ik mijn ogen sluit en mijn handen er zacht op drukken, heel zacht, dan zie ik dingen.
niet perse olifanten of wolken, of een persoon dat ik liever hier had dan waar die nu ook moest zijn.
maar witte spikkels, paarse vlekken, rood, bollen, lijnen.
en het doet pijn.
soms toch
ik weet het eigenlijk niet goed, lang niet meer gedaan
want als ik mijn ogen weer open deed dan zag ik het nog steeds
alsof je een tijdje naar een fel licht zou staren en dan weg kijken
een beetje zoals jij en ik.
of gewoon ik
jij bent gewoon degene die ik nog zie
voor mijn ogen
niet echt
ik beeld het me in
ik beeld me de liefde dat ik voel voor jou in
kan ik me inbeelden dat jij voor mij voelt wat ik voel voor jou
iets wat niet bestaat
iets verzonnen
zoals verhalen dat moeder vader broer zus vertelde als je niet kon slapen
wat
is
dit
kan het erger beter hetzelfde
weet ik niet
ik ga gek
kan niet
wat is verliefd zijn
niets
een gevoel
maar misschien ben ik verliefd op de dingen dat je doet
meelopen
stap stap stap achter de andere
omdat je jezelf niet leuk vindt en bij de jongens dat zichzelf te leuk vinden vind je de sterkte om leuk te zijn
dan heb je het gevoel dat je leuk bent en dat je iets betekend voor de wereld
je lacht als een gek
maar je bent niet blij
niet gelukkig
je lacht het verdrietig gevoel weg
je doet maar
alsof
waarom doen we alsof