"I call bullshit," zegt Sirius meteen, "neem je komst hier een paar weken geleden alleen al als voorbeeld. Ik heb nog nooit iemand ontmoet die zich met charme alleen ergens binnen weet te lullen. Dat kun alleen jij, Robin Montange."

Ik glimlach en kijk weer naar de radio, "ja daar stond ik zelf ook van te kijken," geef ik toe en ik tik opnieuw om de zender te veranderen.

"Ik heb ook gehoord dat ze een illegale radiozender hebben," zegt Sirius op de radio knikkend. "Als we het dan toch over roekeloos hebben vind ik dat ook een mooi voorbeeld."

Glimlachend kijk ik hem aan, "ik vind dat dan weer getuigen van dapperheid," zeg ik.

"Oh come on, kan ik ooit winnen met jou?"

"Nee."

"Remus vertelde het me trouwens," gaat Sirius door en ik kijk hem aan. Hij bijt op zijn lip en kijkt naar de radio, "hij is regelmatig te gast daar."

"Hij is je niet waard, weet je nog?" herinner ik hem, "bovendien- ik mag het eigenlijk niet zeggen. Maar hij gaat proberen met Harry, Ron en Hermelien mee te gaan. Zoals hij bang was voor jullie relatie, is hij ook bang voor Tops' zwangerschap."

Ongelovig kijkt Sirius me aan, "wat?" weet hij uiteindelijk ongelovig uit te brengen. "Ik mag toch hopen dat Harry verstandig genoeg is om-"

Tegelijk kijken we op als er op het raam geklopt wordt.

"Speak of the devil," zeg ik en ik kijk Sirius aan.

Die me aankijkt en eruit ziet alsof hij Remus er even fijn het zijne van gaat zeggen. Stiekem wil ik niets van die juice missen, maar het is ook niet mijn plaats me er verder mee te bemoeien. Tenzij ze me erbij betrekken.

Ik richt me dus weer op de radio, "zoutzuurtje? SVP? Zweinstein?" met elke tik van mijn toverstok zeg ik een nieuw woord. Maar er gebeurt niets. Geschrokken kijk ik echter op als Sirius' stem luid en duidelijk door de dichte deur heen komt. Ik heb gelijk gekregen.

Op hetzelfde moment voel ik mijn Galjoen gloeien en die pak ik uit mijn zak.

"Kom naar het einde van de straat," is alles dat er staat. Fronsend staar ik naar de woorden. Wacht even, nu? Ik spring op, zet de radio in de vensterbank en loop naar de gang. Waar ik een barrage aan boosheid tegenkom.

"Rob, zeg eens tegen hem wat jij ervan vindt!" zegt Sirius die met zijn armen over elkaar geslagen boos kijkt.

"Eh- ik heb geen tijd. Dringende afspraak," ik kijk hem net zo dringend aan.

"Serieus, nu?" hij weet gelukkig meteen waar ik op doel en zijn woede lijkt meteen bekoeld.

Remus kijkt me aan, "heb jij iets tegen Sirius gezegd?" vraagt hij, terwijl ik mijn jas aantrek.

"Niets wat niet klopt, Remus," geef ik terug en ik kijk hem aan voor ik de voordeur opentrek. "Tot zo."

Sirius knikt even, maar Remus kijkt me alles behalve geamuseerd aan. Al weet hij net zo goed als ik dat wat ik heb gezegd tegen Sirius inderdaad niets meer dan de waarheid is geweest.

Ik had er misschien mijn mond over moeten houden en me erbuiten moeten houden. Maar ergens denk ik ook dat het goed is dat Remus van zijn beste vriend even de waarheid te horen krijgt voor hij diens Peetkind lastig gaat vallen.

De regen heeft plaats gemaakt voor mist en in een drafje ren ik naar het einde van de straat. Waar ik inderdaad een donkere figuur zie opdoemen uit de mist.

"Je bent er," Severus kijkt me aan.

"Waarom ben je daar altijd verbaast over?' vraag ik en ik trek geamuseerd een wenkbrauw op.

Lost in Harry Potter REWRITEWhere stories live. Discover now