Iets sterkers dan water of limonade....

113 5 4
                                    

'Haymitch!' Hoorde ik een bekende stem roepen maar hij leek zo ver weg. En hij leek zo vrolijk. 'Haymitch!' Riep het weer. Maar dit keer treuriger. Het licht ging aan en ik zag langzaam verschillende schimmen ontstaan.

Mijn huis stond er, en de markt. Madeleine stond in het midden in een helder licht en ik wou haar roepen en naar haar toe rennen maar mijn benen leken vast te zitten. En mijn mond was bewegenloos en droog. Ze liep langzaam naar voren en hoe verder ze liep hoe minder ik haar zag. En toen verdween ze in het donker en alle lichten gingen weer uit. 'Win voor ons Haymitch.' Fluisterde ze zwoel in mijn oor. En ik schrok en zocht naar haar gezicht. Maar alles was nog steeds gehuld in duisternis.

Ineens zag ik weer mijn huis. Bertram, Herik, Falcorn, mijn moeder, Madeleine's moeder en vader en Madeleine. Ze schreeuwden mijn naam en het was angstaanjagend, oorverdovend en ik voelde rillingen tot aan mijn botten. Ik zette mijn handen tegen mijn oren. Er kwam een hovercraft voorbij en een brandend vuur ontstond bij mijn huis en ik werd naar achteren geblazen.

En daar lagen ze dood en levenloos op de grond de mensen van wie ik het meest hield. Verbrand, verschroeid en levenloos. Ik schreeuwde het uit en zakte door mijn knieën. En daar stond hij, president Snow. In een zwart pak en de geur van bloed en rozen drong mijn neus binnen.

'We hebben je zwakke punten al lang gevonden meneer Abernathy, nu moeten we ze zien te gebruiken. En dat meisje zo'n zonde toch? Ze was zo slim en helemaal niet lelijk.' Ik schreeuwde weer woedend en pakte hem bij zijn keel en ik zag hem alleen glimlachen zo'n doodse glimlach en hij gleed uit mijn handen en kronkelde als een slang naar me toe.

"Haymitch." Zei nu een andere stem zachtjes. Het was niet bang of boos. Maar een gerustelling.

Ik schoot schreeuwend wakker en ik ging tegen het hoofdeind aan zitten en met mijn handen woelde ik door mijn haren. Mijn huid zweette en ik had het ontzettend warm. "Het was een droom." Dacht ik. Het leek zo echt.

Ik merkte Mayislee pas later op. 'Haymitch? Gaat het wel?' Vroeg ze en ik keek snel om en zuchtte. 'Waarom ben jij hier.' Zei ik bot. Ik zuchtte weer even diep.

'Ik hoorde je kreunen en mompelen toen ik even wat drinken ging halen. Ik dacht, ik kijk even wat er aan de hand was.' zei ze zacht. En ze keek me oprecht aan met zorgelijke ogen. 'Het gaat wel ik heb geen hulp nodig.' Zei ik weer bot. Ze staarde even vooruit, knikte en liep toen de kamer uit.

Ik keek even vooruit en veegde het zweet van mijn voorhoofd. Waarom? Waarom was ze hier? Ze zou me toch wel vermoorden als het erop aankwam. Maar, ik weet het niet. Ze klonk zo oprecht en eerlijk. Van de spelen wist ik dat je niemand kon vertrouwen, maar haar. Haar kon ik zeker als bondgenoot gebruiken. Ik stapte uit bed en wankelde even van het lichte gevoel in mijn hoofd.

Ik had iets te drinken nodig. Iets sterkers dan water of limonade. Ik moest iets vinden. Ik deed de deur van mijn coupé open en liep naar de bar. De enorme koelkast had twee deuren en een dom ding waar ijsblokjes inzaten.

Mensen in 12 stierven van de dorst en hier gooiden ze gewoon zomaar wat extra water bij hun drankje. Zielig.. Gewoon zielig. Ze vonden zich altijd beter. Altijd hoger dan ons. Ik rukte de deur van de koelkast open en de zoete geur drong mijn neus binnen. Ik herkende de heerlijke geur. Als van de bakkerij in 12 waar de Melarks altijd de heerlijkste taarten bakten.

'HAYMITCH!' hoorde ik weer dat angstaanjagende geschreeuw in mijn hoofd en ik gooide de deur dicht. Ik, Haymitch Abernathy. Bang. Bang voor de spelen? Nee dit was geen angst voor de dood. Maar een ander soort angst. Een angst die ik niet kon omschrijven. Ik ben nooit bang geweest. Maar nu, nu was ik doodsbang dat de mensen van wie ik het meeste hield, de mensen om wie ik het meest gaf verdriet aan te doen.

De gedachtes schudde ik uit mijn hoofd en ik rukte de andere deur open. Het stond vol met dranken in allerlei kleuren, geuren, maten en vormen. Ik zocht flessen met alcohol. Ik wou dat gevoel weer terug van vanochtend, of gisteren ik wist niet eens meer hoe laat het was. Snel pakte ik een fles uit de koelkast waar opstond: John Walker Malt Whisky 28%. Snel goot ik het in een glas en klokte ik het een keer naar binnen en het brandende gevoel was heerlijk....

De volgende ochtend werd ik wakker met een wazige hoofdpijn. Ik schudde mijn hoofd en probeerde recht op te zitten. Wat was er gisteren avond gebeurt? Ik keek even om me heen en toen zag ik de lege fles liggen. Ik zuchtte en de droom was niet meer terug gekomen.

Ik gooide mijn benen over het bed heen maar wankelde even. Dr badkamerdeur stond al open alsof ik er al eerder in was geweest zonder dat ik het wist. Met mijn handen klampte ik de wasbak vast en keek naar de spiegel die ze af hadden geplakt met wit, sterk plastic.

De blauwe plek was al een stuk minder. De gele randen waren al weg maar mijn ogen, die kon ik niet bevatten.Ze waren waterig en kil, alsof ze nooit licht hadden gezien. Nou licht zal ik toch wel even niet zien tenminste, niet het licht van haar...

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Apr 11, 2015 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

The 50th HungergamesWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu