Robotoorlog - Boek 3: Ongelijke strijd

4 1 0
                                    

Dit verhaal is een fragment uit de serie Robotoorlog. De boeken zijn te leen in de bibliotheek en te koop in de boekwinkel. Rian Visser (1966) is de schrijver van Robotoorlog. Ze houdt van vechtsporten. Toen ze acht jaar was, begon ze met judo. Nadat ze de bruine band had, ging ze jiujitsu doen. Toen ze daar ook de bruine band van had, begon ze met aikido. Na een lange pauze is ze daar in 2013 weer mee begonnen. Haar eerste boek verscheen in 1998. Inmiddels heeft ze ruim honderd boeken geschreven. Kijk op www.robotoorlog.nl voor de hele serie!
Op deze tekst rust copyright, want het is echt een deel uit het boek.

Het verhaal Robotoorlog gaat over een wereld waarin robots steeds meer macht krijgen. De groep Geheime kracht probeert daar iets tegen te doen. Ze verslaan de robots door oude vechttechnieken te gebruiken. Ook gebruiken ze natuurlijke energie, die ki genoemd wordt. Kinderen zijn de baas.

De wetenschapper Mytilus is ontvoerd. Denny, Tilia en Arion gaan naar hem op zoek. Ze belanden in een bloedhete, droge woestijn. Daar vecht Denny met gevaarlijke robothagedissen. Arion komt in een heuse robotfabriek en Tilia doorzoekt het gouden paleis. Zullen ze, naast Mytilus, ook hun ouders terugvinden? En is de strijd dan eindelijk voorbij?

Robotoorlog boek 3: Ongelijke strijd fragment Hoofdstuk 18

Denny rende van de zandheuvel af. Toen zag hij plotseling een bult zand omhoogkomen. Een donkere, metalen kop schoot tevoorschijn. Als een onderzeeër rees er een robot op uit het zand.
De machine had korte poten en stevige klauwen met lange metalen tenen. Hij was zo groot als een volwassen krokodil. De staart was gemaakt van ronde schijven die soepel met elkaar verbonden waren. Aan het eind zat een dunne buis, die leek op de loop van een geweer.
Verstijfd van schrik bleef Denny staan.
De hagedis opende zijn bek en toonde een zwart rubberen lint met een gevorkt uiteinde. De tong.
In gedachten herhaalde Denny de woorden van de wetenschappers. Pas op voor de hagedissen. Met hun giftige tong zullen ze je verdoven. Daarna slepen ze je weg. Vluchten heeft geen zin, want ze kunnen schieten met hun staart. Tegen hagedissen heb je geen schijn van kans. Het beste kun je je meteen overgeven, dan overleef je het tenminste.

 Het beste kun je je meteen overgeven, dan overleef je het tenminste

Oops! This image does not follow our content guidelines. To continue publishing, please remove it or upload a different image.

Hoofdstuk 19

Bewegingloos bekeek Denny de hagedis. Vluchten had geen zin. Bij de eerste stap die hij zette, zou er gif uit de tong spuiten om hem te verlammen. Als hij wegrende, zou de robot hem neerschieten.
De wetenschappers hadden gelijk. Hij moest zich overgeven. De robots zouden hem gevangennemen. Daarna zou hij hopelijk zijn ouders zien. Het was zelfs mogelijk dat hij bij hen kon wonen, zodat ze weer een echt gezin waren. Ze konden wandelen in de tuin. Het zou bijna zijn zoals vroeger. Behalve dat zijn broertje er niet bij was.
Denny voelde een brok in zijn keel. De eerste maanden na de verdwijning van hun ouders, had Flint elke nacht in bed geplast. Langzaamaan was hij Denny niet alleen als grote broer, maar ook als een vader en moeder gaan beschouwen. Denny had zijn broertje beloofd om hem nooit in de steek te laten. Arme Flint. Het zou vreselijk voor hem zijn, wanneer Denny niet terugkwam.
Denny mocht zich niet gevangen laten nemen. Hij had geen keus. Hij moest het gevecht aangaan!

Robotoorlog - Boek 3: Ongelijke strijdWhere stories live. Discover now