Ik weet wie je bent

By LowaLowa1

20.5K 1.8K 1.6K

Kun je degene die je leven heeft gebroken vergeven? Al jarenlang probeert Storm Mathews haar verleden achter... More

V o o r w o o r d
P r o l o o g
01 | R e g e n d r u p p e l s
02 | V e r z w i j g e n
03 | T e l e f o o n
04 | M i r i a m
05 | W a t e r v r e e s
06 | B l o e d r o o d
07 | B e r i c h t
08 | S c h r e e u w
09 | W o o r d e n
10 | W a a r s c h u w i n g
11 | G e s p r e k
12 | V a l s
13 | S t i l t e
14 | S p i e g e l b e e l d
15 | G y m n a s t i e k
16 | G r e n z e n
17 | N a c h t w e z e n
18 | L i c h t
19 | D o n k e r
20 | A n g s t
21 | A f s p r a a k
22 | D u b b e l
23 | K a m er
24 | B r e k e n
25 | H u l p
26 | V l i e g e n
27 | V a l l e n
28 | W o e d e
29 | O v e r l e e f
30 | M o n s t e r s
31 | S c h u l d
32 | V a n n a c h t
34 | H a a t
E p i l o o g
D a n k w o o r d

33 | B e v r o r e n

208 43 33
By LowaLowa1

Met elk minuut kwam het dichterbij. De nacht was als een deken over het kleine stadje gevallen en het monster stond voor haar kamerdeur. Ditmaal kwam hij niet om haar te vermoorden. Hij wachtte tot ze zou afdalen naar zijn duisternis. Iets waarvan Storm niet wist of ze er wel klaar voor was. Niet omdat ze bang was, of omdat ze twijfelde, maar omdat ze ergens het leven wat ze had gehad nog niet wilde loslaten. In stilte staarde ze de nacht in. De lichtjes van de stad waren niet anders dan normaal en de stilte van de school, die slechts zo nu en dan door een zacht gekraak onderbroken werd, klonk nog steeds hetzelfde.

En toch was niets zoals het altijd was geweest. Want ze hoorde niet na te denken over hoe je iemand neerstak. Vroeger had ze nooit getwijfeld of ze in staat was tot moord. Het was nooit een optie geweest. Nu had ze het al twee keer gedaan.

Drie keer was scheepsrecht toch? Een scheve glimlach verscheen op haar gezicht bij die gedachte. Een die snel weer verdween. Het was relatief simpel om iemand te vergiftigen of in de golven te duwen. Niet dat een normaal persoon dat zou doen, maar het was eenvoudiger dan wat ze op het punt stond op te doen.

Als je iemand in de zee liet vallen of vergiftigde, kon je weg kijken. Je hoefde niet te zien hoe hun lichaam het langzaam begaf en kon vluchten voor hun schreeuwen. Je hoefde jezelf niet onder ogen komen. Toch had ze zelfs dat niet gekund. Hoe moest ze dit dan voor elkaar krijgen?

Niet twijfelen, dwong ze zichzelf. Ze had jarenlang wraak willen nemen. Als ze het nu niet deed, zou ze nooit vrij zijn. Ze zou er de rest van haar leven spijt hebben. Moord was niet mooi, ze zou er niet trots op zijn en vergeven zou ze zichzelf ook niet. Maar de gedachten dat ze een leven had genomen, was draagbaarder, dan de gedachte dat Linsay door zou gaan met haar spel. Het idee het meisje iemand anders littekens zou geven of iemand zelfs fataal zou zijn, zou Storm breken. Een slecht einde was beter dan geen einde.

In stilte kwam ze overeind. Haar pyjama schuurde langs de vensterbank, een enkele blauwe draad achterlatend. De gordijnen vielen achter haar op hun plaats. Voorzichtig liet ze haar hand onder haar kussen glijden en trok de theedoek er onder vandaan. Ze ging dit doen. Storm nam een diepe ademteug en wikkelde de doek van het wapen. Het lemmet glinsterde in het beetje maanlicht dat zich tussen de gordijnen door wurmde.

Een voorzichtige glimlach verscheen op haar lippen. Hierna zouden er geen monsters meer zijn. Ze pakje het vest dat ze op de zitzak had laten liggen en ritste het langzaam dicht, zodat het geluid Yusra niet wakker zou maken. Ze wilde niet dat het meisje haar zo zou zien.

Ze wierp een vlugge blik op Yusra, die haar ogen vredig gesloten had. Haar vriendin wist het nog niet, maar het moment dat ze elkaar een goede nacht hadden gewenst, was hun laatste gesprek. Storm zou willen dat het meisje er nooit achter zou komen, maar het was te laat. Haar leven was met dat van Yusra verstrengeld geraakt en de gevolgen daarvan moesten ze beiden dragen.

'Sorry, Yus,' fluisterde ze zacht. Haar woorden bereikte haar slapende vriendin niet, maar het stelde haar toch gerust. Het voelde beter dan zwijgend weg te lopen. 'Ik hou van je.' Het kwam nauwelijks hoorbaar over Storms lippen. Met die stille bekentenis verliet ze de kamer, om nooit meer terug te keren.

Het monster wachtte haar op. Ze kon hem niet zien, maar de schaduw die achter haar over het gebroken wit van de muur gleed, vertelde Storm dat hij er was. Ze liep het trappenhuis in. Haar voetstappen galmden zo luid door de hal, dat ze er bijna zeker van was dat iemand wakker zou worden. Maar toen ze onderaan de trap stond, was ze nog steeds alleen met het monster en de starende blikken van de vrolijke schilderijen. Als iemand haar al gehoord had, werd het genegeerd.

Het bordje van de nooduitgang begroette haar, maar ze kon er zichzelf niet toe dwingen om het handvat naar beneden te drukken, omdat het ditmaal echt eenrichtingsverkeer was. Dus liep ze voorbij de deur, richting de kantine. Zodat ze nog een paar minuten had om afscheid te nemen.

Het was vreemd om te weten dat ze hier nooit meer terug zou keren, al haatte ze deze plek vanuit de grond van haar hart. Het zou niet zo moeilijk moeten zijn en toch voelde ze haar keel branden. De enige persoon om wie ze gaf was Yusra, waarom was het dan zo lastig? Waarom kon ze niet gewoon naar buiten stappen en alles achter zich laten?

Ze stapte de verlaten kantine in. De plastic meubels stonden nog slordig door de ruimte verspreid, alsof er tientallen onzichtbare figuren op zaten. Waarschijnlijk hadden de schoonmakers geen zin gehad om ze recht te zetten, Storm gaf hen geen ongelijk. Waarom zou je de rotzooi opruimen van mensen die niets anders waren dan lege ogen en fluisterende monsters? Waarom zou je zorgen voor een wereld die je liever in vlammen zag opgaan?

De stilte deed geen moeite om haar vragen te beantwoorden en er was niemand anders om haar te vertellen waarom. Misschien dat ze haar plan had veranderd, als iemand de moeite had genomen om het haar uit te leggen. Maar de lichtgevende wijzers van de klok vertelden haar dat het al kwart voor drie was. Waarschijnlijk was het al lang te laat.

Haar ogen gleden nog een laatste keer door de ruimte. Het had geen zin om te wachten. De enige die misschien door de school liep, was Linsay. Ze liep de hoek om en passeerde het muzieklokaal. Aan het eind van de gang stond het mannetje van het nooduitgangsbord al op haar te wachten. Ditmaal was hem passeren geen optie.

Ze nam een diepe ademteug. Ze had hier geen zin in, maar het moest. Voorzichtig legde ze haar handen op de metalen balk. Het stof kriebelde op haar huid. Waarschijnlijk was deze deur zelfs bij de vorige brandoefening vergeten. Ze drukte de balk naar beneden en duwde de deur open. De koude wind kwam haar direct tegemoet. Storm stapte naar buiten en veegde haar stoffige handen af aan haar pyjamabroek, voor ze de nacht tegemoet trad.

Kippenvel vormde zich op haar armen, alsof het al winter was. Zou het vriezen? Storm keek achter zich, maar in het donker was het onmogelijk om te zien of er al ijsbloemen op de ramen groeiden.

Ze schudde zacht haar hoofd. Wat had het voor zin om naar ijs te zoeken? Over een uur deed het er niet meer toe of het al winter was. Het was niet belangrijk hoe de koude wind die langs haar benen schuurde voelde. Haar verhaal bleef onveranderd. Iets wat haar ergens, in een goed verborgen hoekje van haar hart pijn deed.

Storm baande zich een weg door de nacht, richting de gymzaal. De sleutel van Driesen brandde om haar nek. Voorzichtig trok ze het koord over haar hoofd en stak de sleutel in de deur. Met een zachte klik ging hij open. Ze stapte naar binnen en glipte de meiden kleedkamers in. Van de lichtknopjes bleef ze af. Als iemand wakker was en plotseling licht uit het gebouw zag komen, wist iedereen direct van deze nachtelijke afspraak. Dat was wel het het laatste wat ze kon gebruiken.

Zodra ze de gymzaal in liep, hoorde ze het zachte gefluister van de monsters. Het zoemde in haar oor, als een irritant insect.

Het was niet echt, herinnerde Storm zichzelf, maar ze geloofde het niet. De scheiding tussen realiteit en deze nachtmerrie leek dunner dan ooit. Waar de een ophield en de ander begon wist ze niet.

Ze kneep haar vingers steviger om haar wapen, om te voorkomen dat ze trilde. Of dit nu echt was of een droom, het was binnenkort voorbij. Linsay zou komen om haar trots te verdedigen en nog dieper zinken dan Emily had gedaan.

Storms hoofd duizelde van de gedachten, die haar afleiden van de kleine beweging aan de andere kant van de zaal. Er was iemand samen met een koude windvlaag naar binnen gekomen. Iemand die wist van haar bevroren hart.

Pas veel te laat keek ze naar de ingang, waar niemand te zien was. Alles wat haar ogen vonden waren spookachtige schaduwen. Het was een monster geweest. Een rilling kroop langs de littekens op haar rug.

Storm beet zacht op haar lip. Linsay kwam toch wel? Ze wilde niet meer alleen zijn. Niet in deze kille ruimte. Al was zelf degene die voor de onheilspellende sfeer zorgde. Ze was het monster in iemands horrorboek. Een harteloze moordenaar die klaar was om toe te slaan.

En toen kwam ze, alsof Linsay wist dat ze niet langer op zich moest laten wachten. De deur van het gebouw viel met een zachte bons dicht, waarna voetstappen de kleedkamer vulden. Enkele seconden later viel een lichtbundel de zaal in. Storm klemde haar zweterige hand nog steviger om het mes dat ze achter haar rug hield. Dit was het dan, hier had ze het al die jaren voor gedaan. Dit was haar enige kans.

Haar oude vriendin bewoog de mobiel die ze als zaklamp gebruikte heen en weer. Door haar donkere kleding loste ze bijna in het donker op, maar de lichtbundel verried haar. 'Storm, ik weet dat je hier bent.' Ze klonk geïrriteerd.

Storm gunde haar geen reactie. In stilte volgde ze het licht tot de bundel op haar viel. Een aarzelde glimlach krulde op haar lippen. Daar stonden ze dan. Zij en degene die zoveel van haar afgepakt had.

'Nu is het afgelopen.' Linsay stapte met grote passen op haar af. 'Wat moet je van me? Ik ben klaar met deze spelletjes!'

'Jij bent hier zelf mee begonnen.' Storm zette een kleine stap naar voren. Linsay had haar huis afgepakt, ze had haar hele wereld in scherven gelegd. Ze verdiende dit.

'Dat was jaren geleden. Het spijt me daarvoor,, maar je gaat te ver.' Linsay legde haar handen in haar zij.

'Je bekent dus. Was het zo moeilijk om dat ook bij de politie te doen?' Ze liep nog wat dichterbij. Vandaag was zij de sterkste.

'Ik was nog maar een kind. Iedereen die zo jong is, doet domme dingen!' Linsay's stem klonk niet zo beheerst als normaal. Ze had nu geen vriendinnen om zich achter te schuilen. 'Dit is een ongelukje van vroeger, Storm. Je zou het daar moeten laten. De enige die je kapotmaakt, ben jezelf.'

'Ik zou je bijna geloven.' Storm lachte schamper. 'Ik zou bijna denken dat dit alles mijn schuld was. Maar deze littekens zijn net iets te duidelijk. Heb je enig idee hoeveel pijn deze wonden deden?' Haar ogen ontmoetten die van Linsay. 'Heb je enig idee hoeveel je van me hebt afgenomen? Het heeft me jaren gekost om mijn leven terug te krijgen en steeds als ik er bijna bovenop ben, vind jij een manier om het me af te pakken!' Storms stem galmde door de ruimte. Hij werd bijgevallen door de vele fluisteringen. Ze sisten als slangen en vertelden haar dat ze het moest doen. Schaduwen kronkelden door de ruimte, terwijl het laatste restje Storm wat er nog was, werd meegenomen door de wind. 

Continue Reading

You'll Also Like

Day By Day By Maritsx_

Mystery / Thriller

132K 2.3K 25
Vol angst kijk ik hem aan. Elke stap die hij naar voren neemt, zet ik weer naar achteren. De duivel zichzelf zie je gewoon in zijn ogen. Vol met haat...
469K 11.3K 58
Highest rank: #1 in actie (01_11_'17) (20_12_'17) #2 in romantiek (21_05_'18) #1 in guns (07_06_'18) #2 in mysteries (20_12_'18) #1 in spanning (29...
113K 1.8K 36
STELLA CODY DRAMA MAFFIA FAMILIEGEHEIMEN RUZIE LIEFDE .