Enigmatische Emoties

By TessaTuring

2.1K 443 1.2K

Er bestaat geen wiskundige theorie om emoties te ontcijferen, tot grote spijt van Alan Turing. In het twintig... More

Woord vooraf
Afspeellijst
DEEL I - PLAYFAIR
(i) De definitie van vriendschap
(ii) Het Witte Konijn
(iii) Diepblauw & lichtgroen
(iv) De bleke dwerg
(v) Beminde Delphinus
(vi) De gloeilamp der verlichting
(vii) Verraderlijke Drievuldigheid
(viii) Supernova
(ix) Madeliefjes
DEEL II - ENIGMA
(x) Het middelpunt van nergens
(xi) Ontelbare sterren
(xii) Koninginnen & Grafen
(xiii) Trouwe actie
(xiv) Het groene venijn
(xv) De koning & de prins
(xvi) Een kus & een zwaard
DEEL III - SKYTALE
(xvii) Broodje aap
(xix) Het intellect van een garnaal
(xx) Gestolen harten
(xxi) Het onbereikbaar supremum
(xxii) Groene anjers & gestolen taart
Epiloog - Eigenwaarde
Quod Erat Demonstrandum
Dankwoord

(xviii) Giftige vlammen

33 9 20
By TessaTuring

"Here's a loyal and a loving heart,
Take it, lad, or leave it."
-Edwin Bradford

Beduusd was Alan de steile houten trap opgeklommen. Nog voor hij zich kon bedenken en omdraaien, werd de deur opengetrokken.

Hij werd begroet door Arnolds lachend gezicht en het schelle geluid van een blaffende hond. 'Alan, so bona te vada your loveley eek. Kom binnen.'

'Ook fijn om jou te zien.' Grijnzend stapte Alan vooruit. Het ontging hem niet dat Arnold hem net had aangesproken in het Polari. Niet dat hij het dialect, dat voornamelijk gebruikt werd als geheimtaal voor homoseksuelen, zo machtig was, maar hij verstond genoeg.

Het eerste wat hem opviel waren de muntgroene muren, die het appartement groter lieten lijken dan het was. Wanneer hij beter keek, zag hij barstjes in het plafond waar de kleurrijke verf afbladderde en een berg aan opgestapelde vuile borden en pannen op het piepkleine fornuis.

Arnold zag hem staren en schraapte zijn keel. 'Normaal zou ik nooit iemand in mijn stekje laten zonder enige schaamte te voelen, maar jij lijkt me niet het type dat zich daar iets van aantrekt.'

Zijn mondhoek kroop naar boven. 'Dat heb je juist geraden.'

Het geblaf werd luider toen Arnold de volgende deur opende. Een mopshondje snelde de kamer uit, doelgericht sprong die op Alan af, maar hoger dan zijn knie kwam die niet.

'Chubz! Begroeten we onze gasten zo?'

Alan besteedde geen aandacht aan de hond, die zou snel toch geen energie meer hebben met al dat opspringen. 'En voor welke reden ben ik hier te gast, precies?' Het kwam er achterdochtiger uit dan hij bedoelde.

Arnolds wangen kleurden rood. 'Oh ja, wel ik wilde je bedanken voor het betalen van de lunch.'

De jongen verdween in de kamer waar Chubz net uit ontsnapt was. Alan volgde hem. Zoals hij al had voorspeld lag de hond nu buiten adem op zijn zij te hijgen.

Arnold zat op zijn bed in kleermakerszit. De muren van de kamer waren bedekt met papiertjes, alsof het één groot prikbord was. Tussen de blaadjes door herkende hij hetzelfde groen als in de vorige kamer. Alan bleef niet-begrijpend in de deuropening staan.

'Dus ik dacht,' Arnold streek nerveus zijn lichtbruine shirt glad, 'waarom veras ik je niet met een privéconcert?'

Het bed piepte gênant luid toen Alan tegenover hem plaatsnam, rug tegen het ijzeren hoofdeinde. 'Concert?'

Hij zag nog de grijns op het gezicht van de man tegenover hem verschijnen voordat die zich op zijn buik werkte en een gitaar vanonder het bed haalde.

'Nu ja, ik ben niet echt goed.' Toch plaatste Arnold zelfverzekerd zijn vingers op de snaren. Een uiterst geconcentreerde blik gleed over zijn gezicht toen de eerste akkoorden uit het instrument vloeiden.

Al snel dreef hij het tempo op. Alan herkende de vrolijke melodie direct. Hij tikte zijn hand tegen zijn knie met de maat mee.

Arnold keek op van zijn gitaar maar slaagde erin toch verder te spelen, zonder fouten te maken. Niet zo goed. Zijn ogen vonden die van Alan.

Hij kreeg kippenvel toen de man begon te zingen. Hij had een zeer zoete en lichte stem, waarmee hij prachtige uithalen kon maken, iets wat Alan nog niet eerder was opgevallen.

'Somewhere over the rainbow, skies are blue and the dreams that you dare to dream, really do come true.'

Hoewel hij zijn ogen zou willen sluiten om van het moment te genieten, werd Alans blik getrokken naar de papieren aan de muur.

Er waren woorden doorstreept, omcirkeld en overschreven. Teksten die spraken over liefde en hartzeer, naïviteit en angsten vulden de witruimte.

Hoewel de liedjesteksten iets te persoonlijk waren, wendde Alan zijn blik niet af.

Het laatste akkoord vulde de ruimte. Arnold leunde voorover op de gitaar. 'Zoals je kan zien, probeer ik zelf soms ook liedjes te schrijven, in plaats van onorigineel bekende liedjes na te apen zoals nu.' Toen hij zijn blik op Alan richtte, speelde er een glimlach op zijn lippen. 'Was het zo ontroerend?'

Alan drukte de muizen van zijn handen tegen zijn natte ogen. 'Allergie is verschrikkelijk.' Met een zo oprecht mogelijke stem vervolgde hij: 'Het was nochtans echt adembenemend.'

Arnold beet op zijn lip. 'Toen ik klein was, wilde ik gitarist worden, maar dat bracht te weinig geld in het laatje volgens mijn vader.'

Tussen de liedjesteksten, verschenen ook flarden van gedichten, die in het rood omcirkeld waren. Een grijns verscheen op Alans gezicht. "And you have fixed my life — however short. You did not light me: I was always a mad comet; but you have fixed me. I spun round you a satellite for a month, but I shall swing out soon, a dark star in the orbit where you will blaze."

'Wilfred Owen, mijn nummer één inspiratiebron,' lachte Arnold. Plotsklaps versomberde zijn gezicht. Hij keek naar de gitaar en deed alsof hij die stemde. 'Hij schreef gedichten over de oorlog, hoewel ze een radeloze kant hebben, helpen ze met de nachtmerries.'

Alan had niet meer uitleg nodig om te weten wat voor nachtmerries hij bedoelde. Hij boog voorover en legde zijn hand op Arnolds arm. Misschien had Alan nooit aan de frontlinie gestaan zoals hem, maar die dromen achtervolgden hem ook.

Arnold herpakte zich snel. 'Wil jij ook eens proberen?' Zonder meer duwde hij de gitaar in zijn handen. Hij verplaatste zich achter Alan en leunde tegen de muur aan.

'Ik heb nog nooit gitaar gespeeld,' protesteerde Alan. Maar Arnolds handen omvatten de zijne al. Hij kon de eelt op zijn vingers, van het vele spelen, op zijn knokkels voelen. De hete lucht van zijn adem kietelde zijn nek.

'Voor alles een eerste keer.' Arnold hief hun handen naar de juiste plek. 'Misschien ben je wel een natuurtalent.'

Alan draaide zijn hoofd. Hij hoopte de intenties van de jongen af te lezen van zijn gezicht, maar werd afgeleid door de geur van zijn aftershave.

Van zo dichtbij kon hij de sproeten op zijn gezicht tellen, het grijs in zijn blauwe ogen zien.

Pas toen werd hij zich bewust van Arnolds starende blik, hoe dicht hun lippen van elkaar verwijderd waren.

Arnold was de eerste die zijn gezicht wegdraaide. Hij haalde een hand door zijn haar en richtte zijn aandacht terug op de gitaar.

'Verplaats je middelvinger een snaar hoger.'

Alan deed wat hij vroeg, maar nog voordat hij een noot kon spelen, hervatte Chubz haar geblaf.

Arnold vloekte binnensmonds. 'Is hij nu al terug?'

Hij moest niet vragen op wat de jongen doelde, want al snel verscheen er een man in de deuropening.

'Wat in hemelsnaam?' Het zongebruinde gezicht van de man stond op donderen. Zijn grijzende haren vertelden hem dat hij Arnolds vader moest zijn. 'Hoe vaak moet ik je nog zeggen dat ik dit niet toesta?'

Arnold kroop achter Alan vandaan, die de gitaar veilig naast hem neerlegde. Hij ging beschermend voor Alan staan.

'Eruit,' bulderde de vader, 'allebei.' Hij hief zijn hand op, waarin een wit winkelzakje bungelde, en wees richting de deur.

'Ik was gewoon een jaargenoot gitaar aan het leren.'

Een schaterlach ontsnapte de keel van de vader. 'Deze gast?' Hij verplaatste zijn wijzende vinger van de deur naar Alan. 'Laat me niet lachen. Hij ziet er minstens vijventwintig uit, dat moet een lange legerdienst geweest zijn zeg.'

Hij had gelijk. Alan zou oud genoeg moeten zijn om tegen een volwassenen in te gaan. Om Arnold te verdedigen. Het was andersom, zijn voeten bleven aan de grond genageld, terwijl Arnold nonchalant zijn armen voor zijn borst kruiste.

De vader leek niets beter te kunnen bedenken dan de witte zak met al zijn kracht op de grond te gooien. Glas brak en witte medicijnen rolden tot aan Arnolds voeten. 'Go to hell.'

'Daar moeten we geen moeite voor doen, toch?' Arnold nam zijn hand beet en trok hem recht. Hij trachtte de medicijnen niet te ontwijken toen hij de kamer uitstormde.

Alan kwam buiten adem tot stilstand voor zijn huis. 'Bestemming bereikt.'

Arnold had twee armen rond Alan heen geslagen, om wat ondersteuning te hebben op de smalle bagagedrager. 'Bedankt voor de lift op uw prachtig, maar gammel vaartuig, mijnheer.' De jongen sprong van de fiets en landde met beide voeten in het gras dat het gehele huis omringde. Hij keek om zich heen, alsof hij niet zeker wist of dat hij in het landhuis of het tuinschuurtje woonde. 'Zeg eens, wat was je job nu ook alweer?'

'Wiskundige.' Alan nam de sleutels uit zijn broekzak en liep de stenen trap op, met een zijdelingse blik op de jongen. 'Hoezo?'

'Is dat een beroep dan?' Arnold bleef onderaan de trap staan. Zijn hand ging afwezig langs een klimopplant. 'Ik dacht dat je een postbode was, maar die kunnen zich zo'n paleis niet veroorloven.'

Hollymeade was ook een paleis. Ook al deelde hij de helft van het Victoriaanse huis met de familie Webb, het was veel te groot voor hem alleen.

Hij opende de verandadeur nodigde Arnold naar binnen. Even dacht hij dat de jongen buiten zou blijven staan.

'Het is dit paleis of een brug,' zei de jongen met een bittere glimlach.

De hele fietstocht hadden ze doorgebracht in stilte. Uit Arnolds trillende handen had hij kunnen afleiden dat hij even geschokt was als Alan. Verbazend snel had Arnold zichzelf gekalmeerd, hij had zelfs Alans voorstel op een kalmerend kopje thee afgewezen. Vervolgens had hij zich verontschuldigd voor het gedrag van zijn vader, gevolgd door een "haal me hier gewoon weg". Iets vertelde hem dat dit niet de eerste keer was dat hij het huis uitgeschopt werd. Hoewel Alan nieuwe woede en vragen voelde opborrelen, wist hij het onderwerp in te slikken.

Arnold, die het onderwerp ook wilde vermijden, nam de deur van hem over en boog dramatisch voorover. 'Na u Mijnheer de Wiskundige.'

Alan grinnikte en begeleidde hem naar binnen. Terwijl hij de groene jas – die hij duidelijk van zijn legerdienst had meegesmokkeld – van Arnold aannam en die met zijn eigen jack aan de haak hing, haalde de jongen zijn neus op.

'Wat is die stank?'

Alans ogen werden groot, met Arnold in zijn kielzog stormde hij naar de keuken. 'Mijn stoofpot.' Mijmerend zette hij het vuur uit.

Arnold wuifde de stoom weg om de schade te inspecteren, het vlees was zo uitgedroogd als Womersley's humor. 'Oké, dus de prof is geen keukenprinses.' Wederom trok hij zijn gezicht in een frons. 'Maar dat was niet de stank die ik rook.'

Het kostte Alan een seconde te lang om te achterhalen wat hij bedoelde. Na de inhoud van de pot leeg te gieten in de gootsteen, wenkte hij een tegensputterende Arnold naar boven. 'Dat zal mijn cyanidekali zijn.'

Arnold staakte abrupt zijn beklag over de verspilling van het eten. Zijn wenkbrauwen kropen naar elkaar. 'Bedoel je het vergif cyanide?'

'Inderdaad.' Alan glimlachte breed en gooide hem een appel van de fruitschaal toe terwijl hij naar boven liep. 'Dit zal moeten doorgaan voor ons avondeten.'

Boven aangekomen nam Arnold de kamer ingericht als een lab in zich op. 'Deze dag wordt steeds vreemder,' hoorde hij hem mompelen, zijn voeten verstrikt in één van de kabels.

Alan hield zijn hoofd boven de borrelende substantie. Het klungelen met chemie-experimenten had hij zo hard gemist. En nu hij een eigen huis had, moest hij het geklaag van hospita's niet vrezen. Hoewel hij het niet wilde toegeven, bracht het hem terug naar zijn tijd op Sherborne.

Hij wilde een grapje maken over de appel in zijn hand en Sneeuwwitje, maar hij betwijfelde of Arnold die film had gezien.

'Ik experimenteer met elektrolyse van goud.' Alan wees naar het gouden horloge die half in de cyaankali hing. 'Om die dan aan deze lepel aan te brengen, als een-'

'Als een Galvanische cel,' vulde Arnold aan, bijtend op zijn onderlip. 'Wat een zonde van het horloge.'

Alan hield zijn hoofd schuin.

'Wat?' riep de jongen uit. 'Je bent niet de enige die wat van wetenschappen afweet, je kijkt hier naar de primus van de klas. Daarbij was ik was ook uitmuntend in Klassieke Talen.' Arnold leunde tegen de deurpost, plots comfortabel rond het gif. 'Ik heb de ramen van het lab eens opgeblazen met mijn brouwsel.' De trots droop van zijn stem.

Alan schrok van het geluid van zijn eigen lach. Met schokkende schouders keek hij van zijn borrelende ketel naar de sproeten die de glimlach van de jongen omkaderden. Hij voelde een steekje in zijn borstkas.

'Geloof me, ik weet er alles van.' Zijn gedachten dwaalden af naar een stinkbomincident en een paar felblauwe ogen.

Arnolds blik haakte plots in de zijne. De kleuren van de oceaan in Alans gedachten vervaagden in die van een grijze hemel. Onder de zachte fonkeling school een gebroken glans. Alan wist dat hij diezelfde blik deelde.

'Je weet nochtans niet alles,' ging Arnold door op een even trotse toon. Hij bracht een vinger naar zijn kin en deed alsof hij nadacht. 'Hoe je moet flirten bijvoorbeeld. God, dat was verschrikkelijk. En toch. Volgens mij weet je niet eens half hoe knap je bent.'

Komende van iemand die volgens Alan elke man kon krijgen, was zijn eerste gedachte dat hij de spot met hem dreef. Daardoor was hij de komende seconde in stille afwachting van een schaterlach. Zoals de pestkoppen in Sherborne hem altijd hadden proberen beet te nemen.

In plaats daarvan zette Arnold zich af tegen de deurpost en kwam zo dicht dat hij zijn hoofd in zijn nek moest leggen.

Alan forceerde een glimlach. 'Is dat hoogstaand flirten, moet ik notities nemen–'

'Mag ik je kussen?' Er was geen greintje spot te bespeuren in Arnolds ogen. Er was helemaal niets in te bespeuren.

Alan kon geen woord uitbrengen, bedwelmd door de vragen die door zijn hoofd spookten. Waarom zou hij hem aantrekkelijk vinden, waarom treiterde het universum hem steeds opnieuw, maar het luids van al was de vraag waarom niet? Tegen beterweten in boog hij zijn nek.

Zijn lippen streken aarzelend tegen die van Arnold. Terugschrikkend van de plotse aanraking, rechtte hij zijn rug, met het brandende gevoel van de handen van de jongen om zijn middel. Nu was er wel een fonkeling te zien in zijn ogen.

Arnolds duim streek over de blos op zijn wang. 'Je hebt hoge jukbeenderen. Heeft iemand dat ooit al eens gezegd?'

Zijn nee werd al snel gesmoord. De tweede kus volgde zo plots dat hij achteruit wankelde, tot zijn rug tegen de deur botste. Hij was geschokt door de zelfzekerheid in Arnolds bewegingen, zijn lippen weken niet van de zijne. Alan hield hem overeind met zijn handen krampachtig om zijn bretellen geklemd.

Alan voelde de hitte van zijn wangen afstralen, zijn hart bonken. Ze deelden samen de smaak van appel. Hij ademde kus in alsof het zuurstof was, alsof het hem in leven hield.

Continue Reading

You'll Also Like

4.7M 254K 34
Those who were taken... They never came back, dragged beneath the waves never to return. Their haunting screams were a symbol of their horrific death...
2.8K 284 37
Vill (hoop) is een magisch godenzwaard dat na jaren van verborgenheid plots opduikt in de handen van een tiran. De goden komen opnieuw oog in oog met...
226M 6.9M 92
When billionaire bad boy Eros meets shy, nerdy Jade, he doesn't recognize her from his past. Will they be able to look past their secrets and fall in...
Secret love By OFFLINE!

Historical Fiction

73.7K 3.2K 54
Twee tweelingzussen uit een arbeidersgezin weten niet dat hun toekomstige partner al voor hen is uitgekozen. De tijd tikt door en de komst van twee n...