Hoofdstuk 4.

250 7 0
                                    

Het was een super avond, dacht ik in mezelf toen ik thuis was. Ik keek op de klok. 01:42. Ik waste me rap en poetste mijn tanden. Toen ik in mijn slaapkamer kwam lag er een briefje;

Louisa,

Mama en papa zijn vertrokken naar de ardennen. Het was toen al laat. Ze zijn over een week terug. Ik ben nu naar de disco. Kan je mijn wekker zetten om 8u? Lukas moet vroeg vertrekken naar huis. Zijn ouders weten niet dat hij bij mij blijft slapen.

 Liefs, Je zus.

Lukas is dus haar vriend. Ze is 4 jaar ouder. Ze doet haar eerste jaar universiteit. Ik zette haar wekker en kroop in mijn bed. Lekker knus, gezellig. Ik had een perfecte droom...

- "Hahahaa! Je bent zo grappig!" Ik sta bij de popi's. Ik ben het hoofd van de popi's. TRIIINNGGG. Iedereen gaat naar de les. "Yes! Een 1! Ik ga vooruit!" -

Ik werd wakker.  "ÉÉN!" Ik keek rond. "Een nachtmerrie." Boven hoorde ik gepraat, muziek en nog meer mensen dan enkel mijn zus en haar vriend. Ze slaapt op zolder. Ik liep de trap op en keek door het sleutelgat. Ik zag daar mijn zus, Lukas, haar BFF en haar BFF haar vriend.

Ze hadden het erg leuk samen. Het was nu al drie uur. Moesten ze niet vroeg opstaan? Ik deed de deur open en liep binnen. "Hallo!" Sorry dat ik stoor maar..." Ik moest iets verzinnen. "Ik kan niet aan de cornfalkes." Dat was alles dat ik kon bedenken. "Cornflakes?" Mijn zus klonk klaarwakker. "Geef toe dat je gewoon bij ons wilt zijn!" Ik kon geen weg meer uit. Als ik nu een andere smoes zou verzinnen weten ze zeker dat ik ben aan het liegen. "Kom er gewoon bij!" Ik en mijn zus hielden veel van elkaar. We lieten elkaar nooit in de steek.

Rond vijf uur viel iedereen in slaap. Toen we wakker werden was iedereen verdwenen behalve ik en mijn zus haar BFF. We keken elkaar raar aan. "Waar is iedereen?" "Geen idee!" Ik keek door het raam naar onze tuin en zag een tent. Samen liepen we naar buiten. In de tent lagen mijn zus en Lukas. "WAAR IS WILLEM?" Mijn zus haar BFF riep erg luid. We doorzochten het hele huis, tuin en zelf heel ons dorp. Ze begon erg hard te huilen. "Elke! Niet huilen!" Mijn zus probeerde haar te troosten maar ze bleef gewoon verder huilen.

We belden hem en het bleek dat hij bij de buren was beland. Elke stopte met huilen en liep naar de buren. "HOU DIT STUK VUIL BIJ JULLIE!" Ze waren bij de stomme buren beland. Die haten iedereen.

Hoe overleef ik school?Where stories live. Discover now