hoofdstuk 36

252 27 7
                                    

Matthyas huilt zwakjes tegen hem aan en de tranen stoppen niet tijdens de hele weg naar huis, net zoals de rillingen, hoewel ze zwakker worden. Ze houden hem ingepakt in hun jassen terwijl ze hem terug het huis in leiden, Koen opent meteen de deur voor hen voordat ze zelfs de drempel oversteken. De oudere tiener kijkt Matthyas met grote ogen aan voordat hij naar beide mannen kijkt en zich inhoudt om te veel vragen te stellen.

"Uh, Milo werd wakker. Ik zei hem voor nu in zijn kamer te blijven. Ik dacht... ik weet het niet, dacht dat het het beste was," zegt hij snel, de deur sluitend zodra ze allemaal binnen zijn, Rob draait meteen de verwarming hoger op de thermostaat en Raoul begint Matthyas naar zijn slaapkamer te leiden.

"Dank je, jongen. Je bent - je bent een goede jongen, Koen," zegt Rob zachtjes, de jongen snel in een snelle omhelzing trekkend voordat hij achter Raoul en Matthy aangaat. "Moet ik een warm bad laten lopen?" Vraagt hij, onwennig staand in de gang terwijl Raoul de jongen op de rand van zijn bed zet.

De jongen rilt nog steeds, zijn tanden klapperen terwijl hij snuft en stil huilt, maar zijn lippen zijn niet langer blauw en zijn wangen worden nu ook rood. Raoul schudt zijn hoofd.

"Nee. Nee, dat is goed. Ik denk... ik denk dat we ons gewoon gaan aankleden voor nu, hm, maatje? Misschien wel een warme thee?" Vraagt hij in plaats daarvan, zich omdraaiend naar Rob. De man knikt snel en sluit de deur achter zich als hij de kamer uit stapt.

Raoul stapt voor nauwelijks vijf seconden weg van Matthyas om een hoodie en wat sweats uit zijn kast te pakken voordat hij haastig weer naar hem toe snelt. Hij hurkt neer, de jassen van zijn schouders halend en triest naar hem glimlachend.

"Laten we je uit die koude kleren halen, hm?" Zegt hij zachtjes, grimassend naar de doordrenkte broek die de jongen draagt, gruwelend bij de gedachte hoe ijzig de huid eronder moet zijn. Matthyas antwoordt niet, kijkt alleen op als Raoul een hand optilt om voorzichtig de wang van de jongen te omvatten, zijn duim heen en weer strijkend. "Je hebt me laten schrikken."

Matthyas snikt, verdere tranen wellen op in zijn ogen die over zijn koude wangen rollen als hij knippert. "Het spijt m-me zo. Ik was niet van plan om - ik probeerde niet..."

Raoul knikt daarop, zijn hart zich samenknijpend. "Goed. Goed, maatje, ik ben — ik ben blij. Ik hou van je, weet je dat?" Fluistert hij.

De jongen knikt, een kleine snik ontsnapt hem als hij zijn lippen op elkaar drukt. "Ik weet het. Ik hou ook van jou."

Hij glimlacht, leunt naar voren om zijn voorhoofd tegen het ijzige voorhoofd van de jongen te drukken voor een moment, sluit zijn ogen en waardeert het feit dat zijn kind hier is, hij is oké, hij is levend en ademend. Dan leunt hij weer achteruit en kijkt naar de rillende jongen.

"Goed. Warme kleren," zegt hij zachtjes, reikend naar de onderkant van de trui van de jongen. "Armen omhoog," zegt hij met een flauwe glimlach.

Matthyas slikt, snuffend van wat Raoul kan vertellen is kou deze keer, een trillende hand heffend om zijn natte wangen af te vegen. "Ik - ik — ik kan het, papa," stamelt hij, zo hard trillend dat zijn tanden tegen elkaar klapperen.

Raoul kijkt hem bezorgd aan, dan komt er een vreselijke gedachte in hem op, de beelden die Scotty naar zijn zoon heeft gestuurd verschijnen in zijn geest. Zijn blik glijdt naar Matthyas's polsen.

"Heb je - ik bedoel...mag ik je mouwen omhoog doen, Mat?" Vraagt hij zachtjes, aarzelend.

Matthyas kijkt hem een seconde aan voordat hij snuft en met een trillende hand zijn neus afveegt als die begint te lopen. "Ik — ik heb dat niet gedaan. Ik niet," dringt hij aan, tranen stilletjes over zijn rode wangen rollend. "Ik heb het niet gedaan, papa."

samengesteldWhere stories live. Discover now