Hoofdstuk 10

20 3 4
                                    

Snel loop ik achter hem aan en probeer mijn instinct te negeren en wat ik aan mezelf heb beloofd. " Ik wist wel dat je me zou volgen Prinses" grijnst Jake zelfvoldaan. Hoe verder we door het Paleis lopen hoe weinig mensen we zien. Todat wij alleen maar er zijn en je alleen maar het geluid van onze voetstappen kan horen. We komen aan bij een grote eiken houten deur die leidt naar de Paleis tuin. "Na u Prinses" zegt Jake terwijl hij de deur opendoet en wacht todat ik er door ben gelopen. Serieus, ik doe echt moeite om niet te giechelen. Ik stop meteen als ik zie waar ik ben. Overal in de donkerblauwe hemel zitten sterren. Het is zo mooi dat ik vergeet wie er bij me is en waar ik ben. " Het is prachtig.." zeg ik zacht. " Ik kom hier altijd als ik mijn familie mis of moet nadenken over iets." zegt Jake zo zacht dat alleen ik het kan horen. Ik neem plaats op een stenen bankje. "Wil je erover praten?" soms helpt het om erover te praten. Iets waarmee ik mee ben gestopt. Hij kijkt me aan en ik kijk terug. " Nooit heeft iemand dat mij gevraagd als ik het over mijn familie heb." zegt hij na een lange stilte.  Ik ook met mijn domme vragen- " Mijn ouders zijn overleden door een onbekende ziekte en mijn zusje stierf daarna ook aan dezelfde ziekte als mijn ouders."  Hij kijkt me niet aan. Voordat ik nog na kan denken of het een goed idee is of niet sla ik mijn armen om hem heen en omhels hem. Ik voel hem verstijven en dan.. omhelst hij me terug. 

Het duurt heel lang voordat we elkaar loslaten. Er hangt een onuitgesproken vraag tussen ons in: wat nu?  "Het spijt me van je familie." Hij glimlacht triest " Ik ben er aan gewend geraakt"  Er valt een stilte en ik kijk naar de sterren. Alsof zij mij een antwoord kunnen geven. " Geen woorden maar daden hé?" en met die woorden kust Jake mij vol op de lippen.



Your PowerWhere stories live. Discover now