After the chaos

Beginne am Anfang
                                    

Het voelde alsof mijn hart in een ijsklomp zou veranderen, 'heeft hij dit gedaan?' vroeg hij kil. En ik besefte me dat hij het over de blauwe plek had waar Sirius me had geprobeerd te wurgen. 

'Dat komt wel weer goed Meester, ik ben wel wat gewend.'

'Lucius, ik stel voor dat jij haar helpt,' zei Voldemort, en hij ging aan het hoofd van de tafel zitten. 

Ik zag Lucius Malfidus opstaan, en naar me toekomen, 'volg me,' zei hij schor. Van de man die hij ooit was, was niet veel meer over. 

Slechts een schaduw in het hulst van een mens. 

Hij nam me mee naar een achterkamertje, en gebaarde dat ik moest gaan zitten. 

'Kun je het nog wel aan?' vroeg ik serieus aan hem, terwijl hij zijn toverstok pakte. 

Met een ruk keek hij me aan, 'ik zou maar uitkijken met je woorden!' siste hij, en hij duwde mijn kin omhoog, 'hij had je goed te pakken.'

'Het was zijn doel me te wurgen, Lucius, wat verwacht je dan?'

Hij pakte een pot met smeersel, en voorzichtig smeerde hij dat op mijn keel. Daarna liet hij verband uit zijn toverstok komen, en wikkelde dat voorzichtig om mijn keel heen. 

'Zo moet het wel weer goed komen,' zei hij. 

'Ik had wel verwacht dat jij je aan zou bieden Zwarts te martelen,' voegde hij eraan toe, 'omdat hij geprobeerd heeft je te vermoorden.' 

Ik haalde mijn schouders op, 'Bellatrix is daar sowieso beter in dan ik. Laat haar die eer maar hebben.' 

Ik klonk totaal niet als mezelf. Maar hier-hier moest je ook wel een masker op hebben. Hoewel ik kon zien dat die van Lucius al vergane glorie was. Als ik hem zo bekeek, vroeg ik me angstig af of ik er over een paar maanden ook zo uit zou zien.

Plotseling keken we beide op, toen er een schreeuw door merg en been ging door de hele villa. Ik besefte tot mijn afschuw dat het Sirius was. Bellatrix was met haar echte martelpraktijken begonnen. 

Ik wist niet of ik nog wel terug wilde, ik hoefde niet te zien hoe Sirius gemarteld werd door Bellatrix. 

Helaas had ik weinig keuze, Lucius hield de deur voor me open, en ik kwam de eetkamer weer in. 

'Neem plaats, neem plaats!' Voldemorts ogen waren gefixeerd op de persoon die nu op de grond lag van de pijn. Ik koos ervoor om met mijn rug naar Bellatrix te gaan zitten, ik zat tegenover Draco, en schuin tegenover Severus. 

'Heeft Lucius een beetje goed voor je gezorgd?' vroeg Voldemort, die zijn ogen nog steeds gefixeerd hield op Sirius.

'Ja Heer,' zei ik kort, maar een beetje verrast door de vraag. S

inds wanneer maakt hem dat iets uit? 

Hij leek tevreden met dat antwoord, want hij zei verder niks. 

Pas na een uur was Bellatrix het, als je dat in haar geval wel zo kon noemen, zat. 

'WORMSTAART!' brulde ze, 'breng mijn lieve neef naar de kelder, wil je?' 

Wormstaart rende naar Sirius toe, die Wormstaart met meer dan alleen haat aankeek. En terwijl Wormstaart hem overeind hees en mee wilde trekken, voelde ik Sirius' ogen op mij gericht. 

'Je hoeft dit niet te doen!' riep hij tegen me, en alle ogen vestigden zich nu op mij. 'Je hebt je laten hersenspoelen!'

Ik stond op en keek hem waarschuwend aan.

'Robin-'

Er schoot een lichtflits uit mijn toverstok, en Sirius werd achteruit geblazen. Hij knalde tegen de muur, en zakte bewusteloos tegen de muur in elkaar. Met een boze uitdrukking op mijn gezicht ging ik weer zitten.

'Nou, dat lijkt me duidelijke taal, neef!' riep Bellatrix opgetogen uit, ookal kon Sirius haar niet horen. 

Ze grijnsde naar me. Blijkbaar had ik in haar boekje iets goed gedaan. 

Eerlijk gezegd had ik hem vervloekt omdat ik even bang was geweest dat hij mij en Severus zou gaan verraden. En daar zat ik niet op te wachten. Want terwijl ze hem in leven hielden, had hij die macht. Hoewel ik me afvroeg in hoeverre ze hem zouden geloven, kon ik maar beter het zekere voor het onzekere nemen. 

Bovendien, ik leek het toch nooit meer goed te kunnen maken met hem. Waarom probeerde ik het ook nog. 

Een tikje gedachteloos gleden mijn vingers over het verband, en ik ving de blik van Lucius, die me met een opgetrokken wenkbrauw aan zat te kijken. 

Uitdagend keek ik terug, maar hij zei verder niks. Dat kon ik hem ook niet kwalijk nemen, hij was doodsbang voor Voldemort. 

Blijkbaar had onze "Heer van het Duister" de stille communicatie tussen mij en Lucius gemist, want hij stond op, 'ik trek me nu terug in mijn vertrekken, tot morgen.' 

Er leek een stille zucht van verlichting door de kamer te gaan, toen Voldemort eenmaal verdwenen was. Maar niemand durfde zich nog te verroeren, op Bellatrix na. 

Die sprong van haar stoel, en lachte, 'ik ga mijn lieve neef nog even met een bezoekje vereren!'

Nog een kwartier later stond Fenrir op, en rekte zich uit, 'ik ga maar eens op jacht, denk ik,' gromde hij, en hij verdween naar buiten. 

Ik stond op, 'welke kamer kan ik gebruiken?' 

Narcissa keek me aan, 'je mag Draco's oude kamer wel in gebruik nemen,' zei ze, 'hij slaapt nu bij ons.'

'Ma!' siste Draco boos, 'dat beslis ik nog steeds zélf!'

'Als jij niet bij hen wilt, kom je maar bij mij,' stelde ik voor, 'dan kun je me meteen laten zien waar je slaapkamer is.' 

Djeezus, ik had van te voren nooit kunnen bedenken dat ik met tenminste drie mannen het bed zou delen. Al was het met Sirius uiteindelijk op niets uitgelopen. 

En dat zou ook het geval zijn bij Draco. 

Even, heel even gunde ik mezelf een blik op de man van wie ik wél hield. En tot mijn verbazing, kruisten onze blikken elkaar. 

Voor ik de tranen die achter mijn ogen brandden niet meer de baas kon, draaide ik me om, en liep achter Draco de trap op.

'Hier, hier slaap ik,' hij gebaarde, en ik liep naar binnen. Hij had een nette kamer voor iemand van zijn leeftijd, en ik vroeg me af of hij het met magie gewoon zo netjes hield. 

Hij haalde een hand door zijn blonde haar, en sloot de deur achter ons. 

'Ik-ik kon het niet,' zei hij, en verbaasd draaide ik me om. Ging hij me nou in vertrouwen nemen? 

Draco ging aan een kant van het bed zitten, en keek naar de grond, 'ik had Perkamentus moeten vermoorden, maar ik kon het niet!' hij klonk teleurgesteld in zichzelf. 'Sneep van alle mensen heeft het voor me moeten doen!'

'Sev-Sneep probeerde je te helpen,' zei ik voorzichtig, eerlijk gezegd was ik niet zo in de stemming voor slechte verhalen over hem. Of hatelijke verhalen. 

'Ik had zijn hulp helemaal niet nodig Robin! Ik ben toch ook zelf op het idee van de verdwijnkast gekomen!?' hij keek me boos en opstandig aan. 

'Jij weet net zo goed als ik dat je heel bang was voor de opdracht die je hebt gekregen!' zei ik, feller dan ik het bedoeld had, 'je mag blij zijn dat Sneep het voor je gedaan heeft! Weet je wel wat er allemaal gebeurd had kunnen zijn als jij het echt gedaan had?' 

Hij keek me verbouwereerd aan, had hij verwacht dat ik aan zijn kant zou staan? Nou, dat was dan heel jammer voor hem. 

'Ik-nee,' zei hij uiteindelijk dan ook, en hij leek alweer wat kalmer.

'Je had een deel van je ziel kunnen verliezen!' zei ik. 

Nu ging hij zo op het bed zitten dat hij me helemaal aan kon kijken, 'is dat bij jou ook gebeurd?' vroeg hij, 'toen jij je ouders moest vermoorden?'

'Weet ik niet,' loog ik, en ik wist dat zijn Occlumentie niet op kon tegen die van mij, dus had hij niet in de gaten dat het een leugen was. 

Hij zuchtte diep, en ging erbij liggen, 'die ouwe is wel dood nu,' zei hij. 

Ik moest me inhouden hem niet een enorme dreun op zijn neus te verkopen. 


Lost in Harry PotterWo Geschichten leben. Entdecke jetzt