Redder in nood!

228 15 1
                                    

~Redder in nood~Hoofdstuk 2~

Het was al avond en Kimito had even de tijd genomen om te rusten. Na dat ze langzaam wakker werd liep ze haar huis uit om even het huisvuil buiten te zetten. Toen ze buiten was, keek ze de straat in en zag drie geparkeerde auto's. Bij de dichtstbijzijnde stond een man die de motorkap dichtgooide, instapte en wegreed met een knallende uitlaat. De volgende, die even opvallend was, reed ook weg. De auto die het verst weg was, een nieuw model Mercedes, leek leeg te zijn.

Voordat ze kon vaststellen waar haar gevoel vandaan kwam, gaf de chauffeur van de 2de auto plotseling plankgas. Voordat ze kon inademen, kwam de auto met gillende remmen naast haar tot stilstand. Ze liet haar vuilniszak vallen op de grond en stond vast aan de grond. Vier mannen sprongen eruit. Ze kon nauwelijks twee passen wegrennen voor dat ze haar insloten.

Zware lichamen en gemene gezichten waren het enige wat ze nog zag. Het leek alsof haar bloed ophield met stromen. Ze reageerde te traag toen ze  werd gegrepen door allerlei handen die daarmee een golf van  woede en angst veroorzaakt. Uit alle macht sloeg ze om zich heen, terwijl flarden van hun gesprek tot haar doordrongen.

"Tis er maar een, man."

"Tom zij dat er twee zouden zijn. Je kunt maar beter niet besluiten nu de helft te betalen."

"Tis degene die we willen hebben. Je krijgt je centen."

"Je zij dat ze snikkend aan onze voeten zou vallen, maar ze stootte bijna haar knie in mijn kruis."

'Ja. Ze zou mijn oog er wel eens uitgekrabd kunnen hebben!'

"Hou op met dat gejank en duw haar in de auto."

Ieder woord maakte haar banger. Dit was niet zomaar een overval. Ze kende haar dagindeling. Nee! Zij kon dan niet de aanwezigheid zijn die ze had gevoeld.

Ze trokken haar naar de auto. Als ze haar in de auto schoven, zou het allemaal voorbij zijn. In paniek begon ze nog krachtiger te vechten. Ze veroorzaakte kreten van pijn en woede tot ze een harde slag tegen haar kaak kreeg.

Plotseling leek een van de mannen die haar had aangevallen, weggezogen te worden. Hij smakte met een angstaanjagend gekraak tegen de muur van een gebouw. De tweede aanvaller wendde zich af, maar zijn botten kraakten en er spoot bloed uit een wond. Even keek ze angstig naar de man, voordat hij op haar terecht kwam. Ze viel met hem mee. Ze probeerde zich onder zijn gewicht uit te worstelen, maar de angst maakte haar gedesoriënteerd. Wie was haar te Hulp geschoten?

Het lichaam dat haar tegen de grond drukte, rolde opzij. Ze worstelde als een bezetene op het ijskoude trottoir en zag.........zag........The Fight Might. Hij straalde kracht en dreiging uit. Het was bijna ondraaglijk naar hem te kijken, maar even onmogelijk haar blik af te wenden.

Ze kende hem maar pas, hij kon het niet zijn. Niet alleen was hij bijna onherkenbaar, wat zou hij hier moeten doen? Terwijl ze zeker had geweten hij haar nooit meer wou zien?

Was ze zich door de schok dingen gaan verbeelden?

Als dat het geval was, waarom zag ze dan niet een van haar neven voor zich, die de taak even makkelijk aan zouden kunnen. Ze wonen tenslotte een paar huizen verder.

Waarom hem? Waarom Gaara, The Fight Might? 

Nu haar verstand terugkeerde, bleef er geen ruimte over voor twijfel. Het was Gaara, The Fight Might.  Een man die haar niet eens wou leren kennen. Hij stond nu als een blok steen tegenover de andere twee aanvallers. Zijn gezicht was even kil als de avond. De mannen vielen hem grommend aan en zwaaiden met messen. Angst schoot door haar heen. Verrassend en onaangedaan ontweek Gaara hen zoals matador een aanvallende stier ontwijkt. Hij gebruikte hun onnadenkendheid tegen hen. Zijn armen en benen schoten met dodelijke precisie uit.

Tegen de tijd dat ze overeind was gekrabbeld, had Gaara de twee mannen tegen het gebouw gesmeten. De ene was Bewusteloos, de ander, die hij nog beet had, kreunde zacht.

Boven het geluid van de gierende wind uit hoorde ze het gegrauw van Gaara. Het klonk niet menselijk.

Eén krankzinnig moment dacht ze dat hij dat meschien was. Dat de een of andere..... entiteit hem had overgenomen; één die niet tevreden zou zijn met minder dan de dood van deze mannen. Die overtuiging doorbrak haar verlamming. "Je vermoordt hen nog!"

Bij het horen van haar verstikte protest draaide hij zijn hoofd om en......Ya Rahmaan.

Lieve hemel, wat was er met hem gebeurd? Hij leek nauwelijks op de man die ze kort geleden wou interviewen.

De woestheid in zijn lichte grijsblauwe ogen, zijn opeengeklemde tanden. En dat litteken....

'En?'

Deze man, die ooit de Fight Might was geweest, bedoelde zijn vraag serieus.  Hij had er in principe geen moeite mee om iemand te doden, ondanks hij blind is, en zeker niet de schurken die hij zojuist had overwonnen. Het was uitgesloten een beroep te doen op de genade van dit schepsel. Die kende hij niet. Dat wist ze zeker. Ze kon ook geen gebruik maken van zijn angst voor de gevolgen. Alleen een beroep op logica zou helpen.

"Het is niet nodig. Je hebt hen al verslagen. Ze zijn uitgeschakeld. Geen van die mannen zal op korte termijn de intensive care kunnen verlaten."

"Hen weer in elkaar zetten is geen grove verkwisting van medische hulpmiddelen.  Ik zou de gemeenschap de kosten van hun verdere bestaan moeten besparen."

Gaara keek even naar de man die in zijn hand hing.

"Ellendelingen als deze verdienen het niet te blijven leven."

"Vind je niet dat een doodvonnis een beetje overdreven is ten opzichte van wat ze hebben gedaan?"

"Wat ze tot nu toe hebben misdaan, bedoel je. Waarschijnlijk zouden ze je hebben vermoord."

"Nee, man....." Bracht de man doodsbang uit. 'We wilden alleen maar..... vasthouden voor losgeld. Een kennis herkende haar als een prinses..... van een rijk oliekoninkrijk..... Hij  zij dat we........ een flink bedrag voor haar zouden krijgen.  We wilden haar niets doen. Danny ging door het lint toen ze hem sloeg en waarschijnlijk heb je hem daarom vermoord, maar ik heb haar niets gedaan.... vermoord mij niet..... alsjeblieft..." smeekte de man.

Am I blind or... Am I loved?(NL)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu