Hoofdstuk 24

817 39 14
                                    

Mensen... sorry dat het zo lang duurde, ik had een hele erge schrijversblok T-T. Maar er is ook goed nieuws, ga naar deze site: http://viccolatte.deviantart.com/art/Avatar-Katara-207356931  en zie een geweldige tekening van Katara die Driesje4 voor mij had opgezocht. (Applausje!) 

oké, nu echt verder. :)

"ik zweer het, het kwam door de griep. Ik werd niet echt aangevallen." Mijn moeder en ik zaten tegenover elkaar aan tafel. Mama zucht en kijkt me met een bezorgde blik aan. Had ze me door? Ze slaat haar armen langzaam over elkaar. "Ember, je kunt het best zeggen. Als het zo is verhuizen we gewoon weer." Verhuizen? Ik kan mijn vrienden niet achterlaten. Roos, Ethan en zelfs Brian ga ik dan missen. Op school had ik ook lol met June, Lea en Daniel, zelfs met meneer vos! Ik kan hun niet achter laten. Ik kan niet mijn enige en eerste vrienden achterlaten, dus ik besloot om mijn leugen vol te houden. "Mam, wat er in het bos gebeurde was een hallucinatie, ik weet het zeker. Ik zag daarvoor ook rare dingen dus, dan zal dat ook wel een hallucinatie zijn geweest." "Oké, lieverd. Ik wil gewoon dat je niets ergs overkomt, oké?" het schuldgevoel knaagde aan me, maar ik negeerde het. Ik knik, bang dat als ik mijn mond open doe, er nog meer leugens uitkomen. We aten ons ontbijt in stilte, het was... Ongemakkelijk en op dit moment was Cassie er niet om de sfeer beter te maken. Ze lag nog te slapen. Ze zag eruit alsof ze wel wat slaap kon gebruiken dus ik liet haar liggen. Ik daar tegen in, moest al vroeg opstaan. Ik ga vandaag weer naar school. Ik had veel last van mijn spieren, maar voor de rest was ik denk ik wel oké. Toen mijn boterham op was pakte ik mijn tas en jas. Ik riep doei naar mijn moeder en stapte daarna het huis uit. Ik liep rustig naar school. Ik had veel tijd, ik was vroeg. Ik wilde bijna het bos inlopen, maar toen ik een stap het bos in zette kreeg ik het koud. Rillingen liepen over mij heen en mijn handen begonnen te zweten. Ik draai me om en loop zonder nog naar het bos te kijken over de weg. Ik ben niet bang…. Ik ben gewoon… uh… verstandig! De avatar is nergens bang voor! Zeker niet voor een dood normaal bos. Toch? Ik negeerde het gevoel in mijn buik en stapte hard door, ondanks de lange tijd die ik had om op school te komen. Eenmaal op het schoolplein was ik nog steeds alleen. Het zag er verlaten uit. Ik loop richting de klapdeuren die mij naar mijn kluisje leiden. Ik graai in mijn tas op zoek naar mijn eten om die in mijn kluisje te leggen. Ik zucht als ik erachter kom dat ik niks bijheb. Dat wordt voedsel stelen van mijn vrienden vandaag. Ik doe mijn kluisje weer dicht en loop de aula in, deze was net zo verlaten als het schoolplein. Ik besluit om naar de bibliotheek te gaan, dan kan ik wat lezen tot de bel gaat. Aangezien ik hier nog vroeger was dan verwacht. Ik stap de ruimte in gevuld met boeken. Ik loop naar de tafel in het midden en zet mijn tas erop. Ik zie dat er nog een tas staat, een zwarte rugzak. Ik kijk rond naar de eigenaar, misschien kan ik even met die person kletsen om mijn tijd op te vullen. Ik kijk rond maar zie niemand. Dan begin ik door de rijen met kasten te lopen, alsof ik nog niet genoeg gelopen had. Ik kijk nog wat rond maar zie niemand tussen de kasten. Ik draai me om en zie dan iemand zitten op het raamkozijn. Het was onduidelijk wie het was door het tegenlicht. Ik loop naar de persoon toe. Ik zie nu de rug en daaraan te zien was het een jongen. Ik loop nog wat dichterbij tot ik voor hem sta. Een frons vormt in mijn wenkbrauwen. Waarom zou Ethan zo vroeg naar school gaan? Ik staarde naar zijn profiel, de rechte neus, de scherpe kaak, de felblauwe ogen, de roze kleurige lippen en zijn zwarte wilde haren. Ondanks dat ik al een tijdje naast hem stond leek hij me niet op te merken. Hij staarde fronsend uit het raam met oortjes in. “Hey.” Zeg ik zachtjes. Geen reactie. Ik kom dichterbij en leun nu tegen de muur naast het raam. Zijn hoofd schiet omhoog. Langzaam doet hij een van zijn oortjes uit. “Ember… was je hier al lang?” “Nee, ik kom er net aan.” lieg ik. Hij zou me vast een creep vinden als hij wist dat ik naar hem aan het staren was. “Oh, goed.” Zegt Ethan afwezig. Wat was er met hem aan de hand? “Alles oké?” vraag ik terwijl ik zijn benen weg schuif en er voor in de plaats ga zitten. “Dat kan ik beter aan jou vragen. Is je koorts al weg?” Ik knik. “Ja, mijn ma had me een of ander vies drankje gegeven en…. “ wacht eens… hij ontweek mijn vraag. Er is zeker iets aan de hand. Ik keek naar Ethan die naar iets in de verte staarde. Hij had niet eens door dat ik was gestopt met praten. “Ethan.” Geen reactie. “Ethan.” Zeg ik wat harder. Hij kijkt snel op. “Wat is er aan de hand?” Ik zie pijn door zijn ogen flitsen, dan kijkt hij weg. “Ethan?” Ik strekte mijn hand uit, maar trok deze weer terug. Ik wachtte in stilte tot hij iets zei. Hij ging wat verzitten. Zijn elle bogen op zijn knieën en zijn kin rustte op zijn handen. Hij zuchtte diep. “Het is drie maanden geleden.” “Wat… is…” “Mijn moeder, het is drie maanden geleden dat ze haar heb-“ hij kucht zachtjes. “Dat ze is verdwenen.” Mijn ogen worden groot. Een dag of twee geleden was hij nog zo vrolijk. Ik leg mijn hand op zijn schouder. Hij kijkt op en ik geef hem een verdrietige glimlach. Opeens komt hij dichterbij en  slaat hij zijn armen om mijn middel.  Hij laat zijn hoofd op mijn schouder rusten tegen mijn nek aan. Ik kreeg kippenvel door zijn warme adem in mijn nek. “E-Ethan?” vraag ik geschokt. “Alsjeblieft… voor nu, kunnen we gewoon even zo blijven zitten?” Het duurde even voor ik kon antwoorden. “O-oké.” Langzaam sla ik ook mijn armen om hem heen. Hij liet geen tranen vallen en zei geen woord, maar ik kon zijn pijn voelen. Ik aai zachtjes over zijn rug heen terwijl ik uit het raam kijk, naar het uitzicht waar Ethan net ook naar aan het kijken was. Na een tijdje verschenen er steeds meer leerlingen. Ze wandelde het plein op richting de school. Ik volgde ze met mijn ogen totdat mijn oog op iets abnormaals valt. Ik zie Cassie het schoolplein oprennen. Ze kijkt in het rond. Zocht ze mij? Kwam ze mijn brood brengen? Ik wilde al bijna naar haar toe gaan, maar toen zag ik iets waardoor ik besloot om dit niet te doen. Ze liep richting een groep personen aan de rand van het bos. Ik wist niet dat ze hier mensen kende. Ik focus me op de drie personen, ze waren allen in zwart gekleed. Er was een jongen met een zwarte hoody aan, hij stond voorop. Achter hem stond nog een jongen deze had lange witte haren en een donkere sjaal die een deel van zijn gezicht bedekte. Ik trek mijn wenkbrauw op naar het witte haar. zoiets had ik nog nooit gezien. Ik knipper een paar keer verward met mijn ogen en kijk dan naar de laatste persoon, het was een meisje. Ze had blond lang haar en een lange zwarte jas aan met daaronder een kort jurkje. (Zie foto) Cassie stond nu voor deze mensen. Ik maakte me zorgen, de mensen zagen er gevaarlijk uit. Ze lopen naar Cassie toe. De jongen buigt naar voren en fluistert iets in Cassie’s oor. Wat gebeurt er in hemelsnaam? Ik moet naar haar toe, ik moest haar weg krijgen bij die mensen. Ik kijk naar Ethan en krijg een schuldgevoel van wat ik nu ga doen. “Ethan.” Zeg ik zachtjes. Hij kijkt op. Een blos vormt op mijn wangen omdat zijn hoofd nu zo dicht bij die van mij is. Wacht! Ik moet hier niet mee bezig zijn, ik moet Cassie helpen! “Het spijt me Ethan, maar ik moet even iets doen.” Hij kijkt me verward aan terwijl ik hem langzaam van me afduw. Ik sta op. “Sorry.” Zeg ik nog eens. Dan ren ik zo hard als ik kan. Ik botste tegen mensen aan maar ik bleef doorrennen. Iets in mijn gevoel vertelde me dat ik snel moest zijn. Ik ren het schoolplein op en kijk in het rond. Aan de rand van de bomen zie ik een meisje met bruine lange haren op de grond zitten. Ik ren zo hard als ik kan naar haar toe. Ze kijkt niet op wanneer ik hijgend voor haar sta. “Cassie, wie waren die mensen. Ben je gewond? Hebben ze je pijn gedaan?” Ik kreeg geen antwoord. “Cassie….” Ze keek nog steeds niet op. Ik staarde naar het ingezakte meisje op de grond. Ik buk een beetje en rijk mijn hand naar haar uit. Ze kijkt nu op en slaat mijn hand weg. Ik wilde iets zeggen, maar ik kon niet. De blik in haar ogen liet me verstijven. Ik durfde bijna niet te ademen, dit was het tegenovergestelde van de Cassie die ik ken. Ze leek zo… boos en gefrustreerd. Opeens voel ik iets tegen mijn buik. Pas als Cassie haar hoofd afwend kan ik hetzelfde doen. Ik kijk naar mijn buik en zie dat Cassie er een brooddoos tegen aan heeft gedrukt. Zodra ik deze vastpak laat Cassie los. Ze draait zich om en loopt weg. “Cassie!” ze blijft lopen. Alsof ze me niet hoort. Ik ren achter haar aan en grijp haar pols vast. “Cassie, wat is er in hemelsnaam aan de hand.” Ze ademt diep in en uit, dan rukt ze haar pols los. “Ca-“ “Volg me niet.” Zegt ze in een lage, zachte stem. Dan loopt ze weg. Ik kan niets anders dan haar nastaren. Ik kijk hoe het meisje langzaam verdwijnt tussen de bomen. Iets schreeuwde in mijn hoofd dat ik haar achterna moest gaan, maar ze wilde me duidelijk op het moment niet zien…. Ik schrik op als ik de bel hoor. “Fuck!” Ik ren terug het schoolplein op. Ik wilde naar binnen rennen, maar bedacht me toen dat ik eerst ook nog naar de bibliotheek moest gaan. Ik zucht. “Nu kom ik zeker te laat. “ Ik voel dan een hand die op mijn hoofd klopt. “Geen zorgen, ik heb je tas.” Zegt een bekende stem. Ik draai me om naar Ethan die mijn tas in zijn hand houdt. Ik pak mijn tas van hem aan en geef hem snel een knuffel. “Thanks.” Hij geeft mij een glimlach nadat ik dit zei. We lopen samen naar de les. We waren wel een beetje te laat waardoor iedereen ons aankeek. “Ember en Ethan.” Zucht de docente van natuurkunde. “Waarom zijn jullie zo laat?!” vraagt haar schelle stem. “Uhm… we..” ik kijk vragend naar Ethan, die zijn schouders optrekt. “Komt er nog wat van?” “We uh…” “Ember en ik waren aan het studeren. We waren te druk bezig om de bel te horen.” zegt Ethan. “Uhu, en ik ben de koningin van Engeland. Komen jullie vanmiddag maar een uurtje terug.” Ik zucht. “Ja, mevrouw.” Ze draait zich naar het bord, wat betekent dat dit gesprek over is. Ik loop dan richting mijn plek. Roos kijkt me enthousiast aan. “Wat?” “OHMYGOD! Jij en Ethan?! Waarom vertelde je me het niet eerder?! Ik hoor te weten wie je vriendje is!” Ik sla mijn hand over haar mond en lach ongemakkelijk naar Daniel, Brian, June en Lea die mij nu met verschillende blikken aankijken. Nieuwsgierigheid, bezorgdheid, irritatie, enthousiasme. “Zo is het niet.” Sis ik. “Wat is het dan wel?!” fluistert ze dromerig in mijn oor. Ik geef geen antwoord en staar naar het bord waar de docente Natuurkundige formules opschrijft. “Ember~” zingt Roos nu in mijn oor. “Rosie, alsjeblieft. Ik vertel het je, maar niet hier oké?” “Uhu. Maar denk eraan, van uitstel komt afstel en als beste vriendin hoor ik te weten met wie je op het moment aan het daten bent.” “Roos, het is niet-“ Ik word onderbrokén door Brian die zijn stoel half heeft omgedraaid en nu met zijn elle boog op mijn tafel leunt. “What the fuck deed je met Ethan?” vraagt hij dan zacht. “Studeren, zoals Ethan al vertelde.” “Dat was duidelijk een leugen. Ember, even eerlijk. Heb je iets met Ethan?” Ik schud zachtjes mijn hoofd. “Lieg niet te-“ “Brian! Jij mag vanmiddag ook terug komen!” schreeuwt de docente. “Maar-“ “Geen gemaar Brian!” een geïrriteerd grom ontsnapt uit zijn keel wanneer hij zich omdraait en verslagen met zijn hoofd op tafel gaat liggen. Ik kijk naar Roos die nog net niet met popcorn naar ons zit te kijken. “OHMYGOD, Ember. Ik denk dat er net een love triangle is ontstaan!” “Wat?” “Een love triangle.” Roos pakt een papiertje en begint hierop te tekenen. Er ontstaan drie poppetjes. De een heeft Ethan’s naam, de ander die van Brian en de laatste de mijne. “Wa-“ “Shhhh… de meester is bezig Em….” Ze tekent een pijl van Brian naar mij met daarbij geschreven: secret crush. Ze tekent ook een pijl van mij naar Brian met daarop: vrienden. Dan trekt ze een pijl van mij naar Ethan waarbij ze weer secret crush schrijft. “Roos, ik heb geen secre-“ “Shhhh…. Zoals ik al zei, de meester is bezig, onderbreek nooit de meester.” “Ben je niet een meesteres?” Roos zucht diep. “Stilte, laat de meester zich concentreren.” Ik draai mijn ogen en kijk dan weer naar de tekening. Ze trekt een pijl van Brian naar Ethan. Bro’s / Vijhanden. Dan trekt ze een pijl van Ethan naar mij. Vriendschap / secret crush? Dan tekent ze om dit alles een groot hart heen. “Nou vertel het eens, meester.” “Oké, jij valt op Ethan en hij op jou, maar jullie zijn beide te dom om dit  te realiseren.” “Rosie ik-“ “UH! Wat zei ik nou. Onderbreek nooit de meester. Dan nu verder….. Brian heeft ook een crush op jou maar jij hebt alleen maar oog voor Ethan, waardoor jou dit niet opvalt. Ook ben je gewoon niet slim genoeg om het te zien, vat dit niet persoonlijk op. “ zegt ze met een knipoog. “En dan als laatste…. Ethan en Brian, stiekem geheime vrienden. Totdat hun vriendschap wordt verstoord door een meisje, door dat ene meisje valt alles uit elkaar. Hun vriendschap, hun band, hun relatie, hun bromance…. Wat een drama! Ik kan niet wachten om te zien hoe dit afloopt!” zegt ze terwijl ze dromerig in de verte kijkt. Ik staar met open mond naar Roos. “Rosie, mijn leven is geen soapserie!” “Maar het lijkt er verdacht veel op~” zingt ze in mijn oor. Ik geef mezelf een facepalm nadat ik dit hoor. “O god, Roos…. Je kijkt echt te veel tv.” “Helemaal niet!” schreeuwt Roos. “En we hebben nog een winnaar! Jij kunt vanmiddag ook blijven, Roos.” Zegt de nu rood aangelopen docente. “Huh?” Zegt Roos verward. “Je moet vanmiddag ook nablijven.” Zeg ik dan tegen haar. “Oh, zo… ik snap hem. Wacht, Wat!?” Ze springt op uit haar stoel. “Ik heb niks misdaan mevrouw! Ik zweer het! Ik zweer het op….. het graf van mijn geliefde konijn Kolonel Puf Puf. Moge hij ruste in vrede, amen.” Zegt ze terwijl ze haar handen samen slaat. Vele leerlingen schoten in de lach door Roos’ idiote gedrag, inclusief ik. De docent wordt nog roder, al wist ik niet dat dit kon. “Gaan we er twee uur van maken?!” Schreeuwt de docente nu, haar stem galmend door het klaslokaal. Iedereen werd stil. “Nee, nee. Ik ben oké…” zegt Roos terwijl ze langzaam weer op haar stoel gaat zitten. Ze keek beteuterd voor zich uit. Ik sla mijn hand voor mijn mond en begin zachtjes te grinniken. “Ember?” “Ja?” “Wat zou kolonel Puf Puf nu doen?” We staren elkaar aan en beginnen dat hard te lachen. “EMBER EN ROOS!”

Avatar: De legende van EmberWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu